Muzikant onder de galg - Hoe een Joods musicus aan de vernietiging ontkwam
OverzichtDit is het verhaal van een Joods musicus, enig overlevende van de Noorse familie Sachnowitz, die in Duitse concentratiekampen ten onder ging. Zij hadden de misdaad begaan Joods te zijn.
Herman Sachnowitz, de verteller van dit boek, heeft machteloos moeten toezien hoe zijn geliefden, de een na de ander, hem ontvielen. Aangemoedigd door een Poolse vriend neemt hij zich voor om deze hel te overleven, niet in de laatste plaats om in naam van de talloze slachtoffers te kunnen getuigen van de onvoorstelbare misdaden die mensen aan mensen hebben begaan. Dat geeft hem de kracht overeind te blijven, ondanks perioden van totale lichamelijke uitputting en geestelijke ontreddering.
Het bezit van zijn trompet, dat hem het navrante voorrecht verschafte zowel de executies van medegevangenen als de bacchanalen der SS-bewakers te mogen opluisteren, speelt in deze overlevingsgeschiedenis een belangrijke rol, tot aan de dag der berijding, als het instrument in een laatste krachtsinspanning aan de mond wordt gezet en tranen van onzegbaar leed, vermengd met een niet te verwoorden dankbaarheid, de klank versmoren.
Aan het slot bekent Sachnowitz dat hem geen haatgevoelens zijn bijgebleven, want wie de ontmenselijking van het leven in zijn meest verbijsterende vorm heeft ondergaan, beseft hoe zinloos het is om te haten. Toch waren de littekens wel zo schrijnend dat hij pas dertig jaar later in staat was zijn herinneringen onder woorden te brengen en deze door zijn vriend, de Noorse publicist Arnold Jacoby, in een boek te laten vastleggen, ,,to whom it may concern", voor wie het ter harte gaat.
Het boek van de Noorse musicus Herman Sachnowitz is één van die zeldzame documenten die juist door hun soberheid een grote zeggingskracht hebben en daardoor bij de lezer een diepe indruk achterlaten.