Reve tot de vierde macht - Een leesverslag
Over het van ironie doordrenkte werk van volksschrijver Gerard Reve leek alles eigenlijk wel gezegd. Tot Toine Moerbeek op eigen houtje de code probeerde te kraken van Reves merkwaardige toetreding tot de katholieke kerk en diens coming out als homoseksueel in de jaren zestig van de vorige eeuw. Hij ontdekte dat die twee gebeurtenissen Reves exclusieve literaire belijdenis waren om 'experimenteel' te zijn.
Moerbeek veronderstelt dat Reve in de jaren zestig Gerrit Achterbergs poëzie leerde kennen. Deze werd toen begeleid door essays van Paul Rodenko, die een geslaagd gedicht beschouwde als een mystieke rite, waaraan het privé-leven moest worden geofferd. Met Achterberg als lichtend voorbeeld was Rodenko voor zo'n 'experimentele' literatuur - een eredienst. Een soortgelijk experiment ontwaarde Reve rond diezelfde tijd in Onze Lieve Vrouw van de Bloemen van Jean Genet. In deze roman was mystiek in uitgesproken homoseksuele en kitscherige termen verwerkt. Reve kon vervolgens zijn particuliere mariologie van Maria als Vierde Persoon Gods perfectioneren in mythische sprookjes.
Met deze gedurfde stellingen én door een onorthodoxe aanpak werpt Toine Moerbeek een volkomen nieuw licht op met name Reves latere, beduidend minder besproken en gewaardeerde romans als De Vierde Man, Bezorgde Ouders en Het Boek Van Violet En Dood. Tegelijk neemt hij ons mee op vele fascinerende cultuurhistorische excursies. Reve tot de vierde macht heeft de allure van een detective en getuigt van een pure leessensatie.