Boerderijen in Zuid-Holland - Aquarellen van J. Verheul Dzn

Artikel 1 van 509
€ 8,00 (inclusief btw)
Het artikel is uitverkocht.
Overzicht

Reprodukties van werk - met toelichtingen - van de Nederlandse architect en tekenaar (1860-1948), aangevuld met enkele artikelen. Meer dan 320 aquarellen in kleur en zwart/wit.

Johannes Verheul Dirkszoon was een zoon van de architect/timmerman Dirk Verheul (1828-1902), die zijn zoon zelf een praktijkopleiding gaf. Verheul studeerde achtereenvolgens aan de Rotterdamse Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen en van 1878 tot 1881 aan de Polytechnische School te Delft. Hij was een leerling van de Duitse architect Eugen H. Gugel. Andere docenten waren Adolf le Comte en Eugène Lacomblé. Al tijdens zijn studie won hij een prijsvraag voor een Kunstnijverheidsmuseum van de Rotterdamse Academie. In 1881 verliet hij de opleiding ongediplomeerd. Hij werd lid van de Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst, waarvan hij in 1883 bestuurslid en in 1894 (tot 1909) redacteur van het Bouwkundig Weekblad werd. Alvorens zich in Rotterdam als architect te vestigen, maakte Verheul een studiereis naar België, Frankrijk, Oostenrijk, Duitsland en Italië. Zijn eerste werken, zoals de Groote Schouwburg in Rotterdam, werden sterk beïnvloed door de neorenaissance bouwstijl, hiertoe vooral gestimuleerd door Gugel.

Zijn eerste opdracht was in 1884 (na een selectie uit acht ontwerpen) de bouw van de nieuwe Groote Schouwburg aan de Aert van Nesstraat in Rotterdam. Hij verloor in 1890 de prijsvraag voor een nieuwe Hervormde Kerk in Apeldoorn, maar het kerkbestuur had een duidelijke voorkeur voor zijn ontwerp en koos toch voor Verheul. Hij won in 1894 de prijsvraag voor de Hervormde Regentessekerk in Den Haag, waarvan de bouw in 1899 startte. In Rotterdam was Verheul met collega J. van Wijngaarden verantwoordelijk voor de nieuwbouw van de Hervormde Waalse Kerk (1923-24) aan de Schiedamsevest, die diende ter vervanging van de oude, in 1922, gesloopte Waalsche Kerk uit 1657 aan de Rotterdamse Hoogstraat.

Verheul kreeg gedurende zijn carrière talloze opdrachten van banken, handelsondernemingen, (kunst)sociëteiten en particulieren in Rotterdam en elders in Nederland. In 1933 kreeg Verheul zijn laatste grote opdracht voor de herbouw van de in 1930, wegens bouwvalligheid, gesloten Groote Doelenzaal aan de Rotterdamse Coolsingel. In 1934 werd de nieuwe Doelenzaal in gebruik genomen. Deze werd in mei 1940 bij het bombardement verwoest.

Rond de eeuwwisseling verliet Verheul de neorenaissance bouwstijl en ging zich oriënteren op de meer internationale jugendstil. Nog weer later werden zijn ontwerpen beïnvloed door het modernisme van H.P. Berlage. Verheul is vooral bekend geworden door zijn ontwerpen in diverse neostijlen voor kerken, concertgebouwen, sociëteitsgebouwen, kantoorgebouwen, alsmede stadshuizen en villa's.

Veel van de door Verheul ontworpen gebouwen zijn verloren gegaan bij het bombardement op Rotterdam van 14 mei 1940 (zijn eigen huis lag net buiten de brandgrens) of kwamen in aanmerking voor de sloophamer. Vanaf 1930 ging hij systematisch in en rond Rotterdam aquarelleren om zo veel mogelijk stadsschoon en architectuur voor het nageslacht vast te leggen in een cultuurhistorische verzameling. In dit kader maakte hij de spreuk: "Elkeen moet helpen om met verstand, voor het schoon te waken van stad en land." Ook gaf hij enkele boekjes uit, met zelf gemaakte foto's uit de jaren 20. De collectie foto's wordt bewaard bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en is grotendeels digitaal beschikbaar.

Naast zijn schilderijen en ontwerpen van gebouwen was Verheul ook gemeenteraadslid in de Rotterdamse Gemeenteraad namens twee liberale partijen tussen 1903 en 1935. Hij zag zichzelf niet echt als politicus: zijn doel was het bevorderen van de achttiende-eeuwse handelsstad waar koopmanshuizen staan. In zijn tijd in de raad verzette hij zich dan ook vaak tegen de moderne stijlen van het nieuwe bouwen die door Jacobus Johannes Pieter Oud werden aangehangen als architect van de Gemeentelijke Woningdienst maakte hij zich als een van de eersten sterk voor de zorg voor monumenten en pleitte hij voor architectuur van grootstedelijke allure met grote boulevards en pleinen in de stad. Hij boekte zijn eerste grote succes in 1926 toen er welstandseisen in de bouwverordeningen werden opgekomen. Daarna werd er een Welstandscommissie opgericht, waarvan hij voorzitter werd. In 1935 stopte Verheul met zijn werk bij de Gemeenteraad en ging voltijds aan de slag met het publiceren van artikelen en boeken, evenals het schilderen van gebouwen en boerderijen.

Om even bij stil te staan...

OOSTERBEEK
Waar de Airbornes daalden...

Oosterbeek - Verleden, heden en toekomst...

AIRBORNE
Overdenkingen

ARNHEM, GEZIEN

Winkelwagen

Geen artikelen in winkelwagen.
© 2015 - 2025 Doornweerdje | sitemap | rss | webwinkel beginnen - powered by Mijnwebwinkel