Koelies, planters en koloniale politiek
OverzichtDe westerse grootlandbouwondernemingen die in de laatste decennia van de vorige eeuw aan Sumatra's Oostkust ontstonden werden gekenmerkt door de inzet op grote schaal van Chinese en Javaanse contractkoelies, die als dwangarbeiders vastzaten aan hun plantages. De advocaat Van den Brand vestigde in een geruchtmakende brochure die in 1902 verscheen - in dit boek in facsimile opgenomen - de aandacht op de wrede behandeling waaraan de plantagekoelies blootstonden. Onder politieke druk liet de minister van kolonien Idenburg een onderzoek instellen. De rapportage hierover - in zijn geheel opgenomen - bevestigde de misstanden. De minister hield het rapport geheim. Tegen de ergste uitwassen werden maatregelen genomen. Het nauwe samenspel van koloniale bestuurders en kapitalistische ondernemers, zo kenmerkend voor de toenmalige koloniale ontwikkelingspolitiek, ook elders in koloniaal Azië, bleef ook daarna in stand.
De auteur beschrijft en verklaart het ontstaan van de plantagesamenleving en daarna, geïllustreerd met vele voorbeelden, de barre omstandigheden waaronder de contractkoelies moesten werken en leven. Tot slot worden de reacties in publieke opinie, parlement en overheid op Van den Brands aanklacht samengevat. Hij laat dan zien binnen welke smalle marges de beleidsmakers naar een oplossing van de 'koeliekwestie' zochten.