Mussertman aan het oostfront - Oorlogsdagboek 1941-1942
Overzicht'Dinsdag 11 augustus 1942 bereikte ons het ontstellende bericht, dat Paul inmiddels gestorven was. In plaats van den reis naar Holland, dien hij een dezer dagen zou aanvangen, had hij den reis ondernomen, waarvan geen mensch meer terugkeert. Nu ligt hij ver van zijn vaderland begraven onder den rook van Leningrad nabij het plaatsje Zarskoje-Selo.' Zo beëindigt een vriend de dagboeknotities van de Rotterdamse tapijthandelaar Paul Metz, die met het Vrijwilligerslegioen Nederland was afgereisd naar Rusland om voor de nationaal-socialistische zaak tegen de Sovjet-legers te vechten.
Paul Metz was de ex-echtgenoot van actrice Mies Peters, die door dichter A. Roland Holst was geannexeerd. Maar toen moest de Tweede Wereldoorlog nog uitbreken. Daarin vond Metz, opgewarmd door zijn lidmaatschap van de NSB, een nieuwe kans om zijn maatschappelijk in het slop geraakte leven weer glans te geven. Maar in plaats van de verwachte glorie wachtte hem een ontluisterende teleurstelling, ten slotte uitmondend in een roemloos einde. Zijn unieke dagboek lag jarenlang opgeborgen op het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie te Amsterdam, tot Gerard Groeneveld dit belangwekkende document uit de vergetelheid haalde in zijn studie Kriegsberichter (2004). Nu wordt het voor het eerst integraal gepubliceerd.
Achter het ooggetuigenverslag van Paul Metz blijken geen opgeklopte propagandaclichés schuil te gaan, maar realistische, soms intieme observaties, heet van de naald opgeschreven. Luizen, reuma-aanvallen, muggen, stank en een onbeschrijflijke koude doen de soldatenheroïek verbleken. Ook de zo aangeprezen kameraadschap binnen de 'kompie' houdt Metz tegen het licht van de werkelijkheid. Gaande het jaar dat hij ver van huis doorbrengt, groeien zijn twijfels, voelt hij zich 'bedonderd' over een zaak die verloren lijkt én die hij niet wil opgeven. Mussertman aan het oostfront legt daarvan, juist door zijn onvoltooidheid, een indrukwekkende getuigenis af.