De kleine wereld van H.A. van Ingen (hardcover)

Artikel 1 van 480
€ 30,00 (inclusief btw)
Het artikel is uitverkocht.

In het midden van de 19e eeuw is Oosterbeek gedurende enige jaren het Mekka van de landschapsschilderkunst in Nederland geweest, als het ware geënt op de Franse schilderskolonie Barbizon. Vanaf dat moment is het genre van de Nederlandse landschap-schilderkunst in de romantische traditie drastisch veranderd. In 1842 vestigde de schilder Johannes Warnardus Bilders (1811 - 1890) zich in Oosterbeek. Hij zocht en vond hier een landschap zoals men dat nergens in ons land aantreft, met heuvels door zware loofbomen bedekt vanwaar men hoog uitziet over de Rijn en het lage land daarbeneden. En men heeft er als 'achterland' de uitgestrekte Ginkelse heide.

Door dit gevarieerde landschap met bossen, heide en heuvels vormde zich hier enige tientallen jaren lang een kunstenaarskolonie met Jan Bilders als voorman, die men naar het dorp de 'Oosterbeekse School' is gaan noemen. In navolging van en geïnspireerd door de Franse kunstenaars, die in Barbizon ten zuiden van Parijs 'plein air' schilderden, gingen de collega's in Oosterbeek ook hier naar de natuur schilderen. De steeds meer impressionistisch ingestelde schilders trokken wat later naar het westen, naar de omgeving van Den Haag, waar het wijde polderlandschap met z'n vele water nieuwe mogelijkheden en nieuwe inspiratie bood en waaruit de Haagse School zich ontwikkelde.

Anton Mauve was de laatste van zijn generatie die in 1870 Oosterbeek verliet. Thophile de Bock kwam toen nog naar Renkum, terwijl vader en zoon Meiners nog lang de traditie van Oosterbeek als dorado voor de landschapschilders hebben voortgezet. Het is dus niet verwonderlijk dat H.A. van Ingen, die in zijn jeugd- en jongelingsjaren met enkele leden van de schildersgroep in contact kwam, daardoor beïnvloed werd. Daarbij was het vooral de natuur in Renkum, Heelsum en omstreken die hij, zoals hij zelf schreef, als zijn leermeesteres beschouwde. Van de landschapschilder C.H. Meiners ontving hij enige 'terechtwijzingen', maar verder was hij autodidact. Hendrikus Alexander van Ingen was dus een late representant van de Oosterbeekse School, het 'Hollands Barbizon', dat ook op de schilders van zijn generatie een blijvend stempel zou drukken, al was de grote bloeitijd van de Oosterbeekse School tijdens zijn werkzame leven definitief voorbij.

Hoewel er over Van Ingen verschillende publicaties het licht hebben gezien, was een samenvattend en beredeneerd verslag over zijn leven en over zijn positie als kunstenaar temidden van zijn tijdgenoten nog niet voorhanden. Daarin is thans voorzien door het gedegen manuscript van de heer M. Bol, die de 150-jarige herdenking van Van Ingens geboortejaar in 1996 aangegrepen heeft om de kwaliteiten van de misschien ietwat vergeten schilder opnieuw voor het voetlicht te brengen.

De tekst bevat naast een biografie een lijst van tentoonstellingen en een verantwoording van de geraadpleegde literatuur. Tevens is getracht inzicht te geven in het werk en in de ontwikkeling daarvan in het verloop van de tijd. Deze studie over het werk van Van Ingen voorziet in een al langer bestaande behoefte.

Winkelwagen

Geen artikelen in winkelwagen.

Om even bij stil te staan...

OOSTERBEEK
Waar de Airbornes daalden...

Oosterbeek - Verleden, heden en toekomst...

AIRBORNE
Overdenkingen

ARNHEM, GEZIEN

© 2015 - 2024 Doornweerdje | sitemap | rss | webwinkel beginnen - powered by Mijnwebwinkel