Beethovenfries - Gustav Klimt (hardcover)
Overzicht3 april 1897 richtte een groep kunstenaars een vereniging op. Ze scheidden zich af van het al bestaande Künstlerhaus. Dat was in hun ogen te conservatief en te ouderwets. De kunst diende zich te vernieuwen. Deze afscheiding, Secession, betekende het begin van een nieuwe stroming die bekend staat als de Jugendstil. Belangrijke vertegenwoordigers waren Otto Wagner en Gustav Klimt.
In het gebouw van de nieuwe vereniging, het gebouw van de Wiener Secession, werden tentoonstellingen met moderne kunst georganiseerd. Zo kwamen er werken van de Franse impressionisten te hangen. De veertiende tentoonstelling in 1902 was opgedragen aan Beethoven. Max Klinger maakte een standbeeld van Beethoven dat in het midden van een centrale zaal kwam te staan. Twintig kunstenaars produceerden allerlei werken als stoelen, beelden, mozaïeken, fonteinen, die iets met de componist te maken hadden. Zo maakte Gustav Klimt een fries dat hij baseerde op het laatste deel van de negende symfonie van Beethoven. Je kunt het lezen over drie wanden als een soort stripverhaal. Het werd geplaatst rond het standbeeld van Max Klinger. Waar de meeste kunststukken van deze tentoonstelling inmiddels verdwenen zijn, bestaat het fries van Klimt nog steeds. Het wordt nu in een geklimatiseerde ruimte in de kelder, die dezelfde afmeting heeft als de originele ruimte bewaard. Het verschil bestaat o.a. in het ontbreken van vensters in deze ruimte.
Dit werk, het beroemde Beethoven fries, is op meer manieren interessant. De kunstenaars waren idealisten die droomden van een betere samenleving, waarin de kunst een belangrijke rol zou spelen. Datzelfde ideaal had ook de dichter Schiller in 1785, toen hij een groot gedicht schreef voor de vrijmetselaarsloge van Dresden, met als titel “Ode an die Freude”, ”Ode aan de blijdschap”. In vele verzen wordt er een utopische wereld geschetst waarin de mensheid zich weet los te maken van allerlei wereldse verzoekingen en door de kunsten tot grote hoogte kan komen. Beethoven selecteerde een aantal verzen van dat gedicht en op basis daarvan schreef hij het slotdeel van de negende symfonie. We horen dan letterlijk de tekst van Schiller, gezongen door solisten en een koor. Richard Wagner probeerde te achterhalen hoe Beethoven in zijn muziek deze tekst had geïnterpreteerd. Zijn analyse is dan weer de basis voor het beeldende werk, het Beethoven fries, van Gustav Klimt. Er is zo een lijn van Schiller via Beethoven en Wagner naar Klimt te maken. Grofweg zou je kunnen zeggen dat er een verbinding is gemaakt tussen de idealen van de eerste Weense school, (vergelijkbaar met de ideeën van de verlichting), en de idealen van de tweede Weense school, (vergelijkbaar met de idealen van de Wiener Secession.)
Het Beethoven fries vertelt dat verhaal. Maar het is een verhaal voor insiders. Zoals grottekeningen uit de prehistorie moeilijk geïnterpreteerd kunnen worden. Die hangen samen met het religieuze leven van die mensen. Zo moet je ook het Beethoven fries niet alleen lezen als een mooi kunstwerk, nee, het gaat tegelijk ergens over. Wenen staat zo bol van de retorica. Een ruiterstandbeeld van een keizer is nog makkelijk, het wordt al moeilijker als je naar de zuilen bij de Karlskirche kijkt. Het Beethoven fries is nog lastiger.
Aan de linkerwand begint het verhaal. We zien vier vrouwenfiguren, horizontaal zwevend, met de ogen dicht. Ze leiden naar en gaan over in een verticale voorstelling. Daar zien we twee naakte vrouwen en een naakte man, allemaal zeer mager. De achterste vrouw staat in een biddende houding, de twee voorste figuren staan meer in een andere houding,met de armen recht naar voren. Maar net als de achterste vrouw hebben ook zij de vingers in elkaar gestrengeld, ze bidden en smeken. De wereld sluimert, maar het lijkt niet goed te gaan. De mensheid heeft hulp nodig.