Compagnie K
Op april 1917 verklaarde Amerika Duitsland de oorlog. Miljoenen jonge mannen meldden zich aan voor de dienst. Al snel werden per dag 10.000 Amerikaanse soldaten naar Europa verscheept. Onder hen waren ook de soldaten van Compagnie K. Zij stortten zich in een waanzinnige, bijna groteske oorlog, waarin zij vaak overgeleverd waren aan onkunde en willekeur.
''Het granaatvuur duurde twintig minuten en hield toen even plotseling op als het was begonnen. Gek van angst rende ik door het tarweveld, vol spijt om mijn ijdelheid. Het eerste wat ik zag toen ik de bomen bereikte waren de lichamen van Alden, Geers en Carroll die tegen elkaar aan waren gekropen. Hun gezichten bestonden niet meer en hun schedels waren gekraakt. Over een omgevallen boom lag sergeant Prado, opengereten van buik tot kin. Leslie Jourdan stond nog overeind. Hij keek naar zijn hand waarvan de vingers waren weggeschoten. Ik moest tegen een boom gaan staan om niet om te vallen. Dit heb ik niet bedoeld, zei ik. Dit heb ik niet bedoeld...''
Compagnie K is een van de allerbeste romans over de Eerste Wereldoorlog, niet in de laatste plaats omdat William March op bijzonder subtiele wijze de gruwelijke realiteit van deze oorlog beschrijft vanuit het perspectief van alle leden van de compagnie waardoor een bijna panoramisch beeld ontstaat.