Drie eeuwen Amsterdamse bouwkunst - Catalogus van architectuurtekeningen in de verzameling A.A. Kok
Het Gemeentearchief van Amsterdam bezit tienduizenden bouwtekeningen die zich bevinden in de archieven van de Dienst der Publieke Werken, diens voorganger het Stadsfabriekambt, en de Dienst Bouw- en Woningtoezicht. Deze tekeningen hebben voor het overgrote gedeelte betrekking op gemeentegebouwen. De tekeningen van niet-gemeentegebouwen vindt men in het Amsterdamse archief in de archieven van architecten en van particuliere instellingen, zoals kerken.
In de loop der jaren zijn door schenking en aankoop vele tekeningen van particuliere gebouwen verworven, maar hun aantal blijft bescheiden in verhouding tot de hierboven genoemde tienduizenden. Een welkome aanvulling vormden dan ook de meer dan honderdvijftig architectuurtekeningen die deel uitmaken van de "Atlas Kok", die in 1981 in zijn geheel door het Archief verworven kon worden dankzij gelden door de Gemeente Amsterdam beschikbaar gesteld.
Bij het toegankelijk maken van de collectie werd terstond besloten een catalogus uit te geven van deze zo belangrijke groep bouwtekeningen. Hiervoor werd mevr. drs. Marijke Beek gedurende één jaar aan het Archief verbonden. In die tijd heeft zij het klaargespeeld de collectie te ordenen en de hier voor u liggende catalogus samen te stellen. Dit is een bijzondere prestatie, met name omdat geen voorbeelden van catalogi van Nederlandse architectuurtekeningen voorhanden waren, afgezien van een uit 1972 daterend proefschrift.
De uitgave werd mogelijk gemaakt door de "Stichting H.J. Duyvisfonds". Dit fonds, dat sedert 1960 bestaat, heeft tot doel publicaties die de bronnen van het Amsterdamse Gemeentearchief tot onderwerp hebben, te bevorderen. Tot nu toe bestonden die uitgaven, twaalf in getal, uit standaardwerken zoals De Amsterdamse boekhandel 1680-1725 van dr. I.H. van Eeghen en enige dissertaties. De laatste tijd dienden zich naast grotere werken steeds meer kleinere studies aan die gezien hun karakter voor uitgave in het Duyvisfonds in aanmerking kwamen. Hierop heeft het bestuur van de Stichting besloten een zgn. kleine reeks te starten, waarvan het eerste nummer deze catalogus is.