Soldaatje spelen onder de smaragden gordel

Jan Schilts roman is het realistische en aangrijpende verhaal van een groep soldaten, die in de volkomen chaos van een al bij voorbaat verloren guerrilla-oorlog moest vechten voor het vaderland, voor 'orde en vrede'. De legermacht waartoe de groep soldaten uit Schilts roman behoorde, bestond uit oorlogsvrijwilligers die dienst hadden gedaan om Nederlands Indië van de Japanners te bevrijden of om het avontuur te zoeken - uit dienstplichtigen, waarvan vele duizenden dienst hadden geweigerd - en uit uitgeputte krijgsgevangenen van de Japanse kampen die weer ingelijfd werden bij het KNIL. Dit leger raakte verzeild in onze koloniale oorlog, die nog steeds met het eufemisme 'politionele acties' wordt aangeduld.

Hoe leefde de Nederlandse soldaat daar en hoe dacht hij over de situatie, over de tegenstander, over Den Haag dat, volkomen onkundig, verreikende beslissingen nam, over zijn eigen rol? Jan Schilt diende van november 1946 tot maart 1950 bij een infanterie-bataljon van de 7 december-divisie op West-Java. Zijn boek is een grotendeels autobiografisch verslag van de veertig maanden die hij in Indonesië doorbracht.