Utrecht en het verkeer 1850-1910

Zoals in elke grote stad, speelde en speelt ook in Utrecht het openbaar vervoer een grote rol in het dagelijks leven. In dit boek wordt het verkeer in en om Utrecht van omstreeks het midden van de vorige eeuw tot ongeveer 1910 behandeld. Omstreeks 1850 vinden belangrijke gebeurtenissen plaats, die het verkeer in en om de stad grondig zullen gaan veranderen. Zo werd in 1843 de spoorlijn Utrecht-Amsterdam geopend en in 1845 werd de spoorlijn Utrecht-Arnhem in gebruik genomen. Als eindpunt is 1910 genomen, omdat omstreeks die tijd de paardetram uit de binnenstad verdwijnt.

Niet de technische bijzonderheden komen aan bod, maar het gebruik van de vervoermiddelen in het dagelijks leven. Het boek bevat boeiende verhalen over de gemeenteverordeningen met betrekking tot het openbaar vervoer, de voorzieningen in bijvoorbeeld de trekschuiten en diligences, de bedrijvigheid in en rond de uitspanningen bij aankomst- en vertrekpunten en gebeurtenissen tijdens het reizen. Verder komen aan de orde: de overhaalschuitjes, de beurt- en wagenveren, de tram naar Vreeswijk, het wagentje van Dieges, de Zeister en Utrechtse paardetram, de A.N.W.B. en de eerste automobielen. De tekst is geïllustreerd met historische prenten, gravures en foto's.